Tip: het helpt als je een wetenschappelijk artikel leest
Nu ik iets meer tijd heb, neem ik meer de tijd om wetenschappelijke artikelen te lezen waar naar verwezen wordt. Het valt op dat populaire blogs vaak verwijzen naar een wetenschappelijk artikel, want dan lijkt het blog serieuzer. Dat kan zeker zo zijn, maar niet als blijkt dat artikelen maar half of niet zijn gelezen. Dan is het meer bedoeld om een mening te versterken in plaats van als een onderbouwing. En eerlijk is eerlijk: in het verleden deed ik dit zelf ook wel eens omdat ik eigenlijk niet goed wist hoe ik een artikel kritisch kon lezen. Ik begrijp nu ook goed dat dat irritatie opwekte bij diegene die het artikel wel hadden gelezen en nog belangrijker begrepen hadden.
Als je geen artikel kunt beoordelen vraag het dan aan een deskundige of leer dat zelf
Ik ken ook de andere kant toen ik zelf nog geen onderzoek kon lezen. Ik wilde mijn visie graag delen, maar dat lukte vaak niet omdat ik niet dezelfde woorden en nuance had dan wetenschappers. Maar ik dacht dat ik wel iets zinvols te zeggen had. Dat botste regelmatig en dat vond ik toen heel vervelend. Mede daarom ben ik mijn master klinische epidemiologie gaan doen. Langzamerhand leerde ik die nuance zelf ook en kreeg ik meer respect voor de wetenschappelijke standpunten. En zoals dat dan gaat: respect tonen levert ook respect op. We gingen steeds beter naar elkaar luisteren en hadden vertrouwen in elkaars positieve intentie. Dat betekent niet per definitie dat we het volledig met elkaar eens zijn. Dat hoeft ook niet. Een paar weken geleden zei iemand nog ‘jij moet kritisch blijven, daar leren wij veel van‘.
Praktijkvoorbeelden
Terug naar een aantal praktijkvoorbeelden. Al weer 1,5 jaar geleden las ik het boek Superfood van Jesse van der Velde. In het boek staan per superfood een aantal bronnen vermeld. De tekst eronder gaat echter niet over die bronnen die vermeld staan maar is slechts een mening van Jesse. Ik vind dat onacceptabel. Een mening is natuurlijk prima maar als je die bron noemt, leg je wel eerst uit wat erin die bron staat.
De afgelopen weken werd er door veel mensen die zelf vaak een eigen theorie verzinnen geschreven dat het Voedingscentrum maar wat verzint. Dat is natuurlijk niet zo! Het Voedingscentrum baseert zich op de adviezen gezonde voeding 2015 van de Gezondheidsraad samen met bestaande normen voor voedingsstoffen. Ook dit laatste heeft het Voedingscentrum niet zelf verzonnen. Het is een beetje raar dat dat steeds maar gezegd wordt. Dan wek je niet de indruk dat je de medewerkers van het Voedingscentrum als gesprekspartner respecteert. Als je elkaar niet respecteert komt er dus sowieso geen discussie is mijn ervaring. En het helpt ook niet als de ene partij zich baseert op wetenschappelijke artikelen en de andere partij leunt op een eigen mening. Het Voedingscentrum zal nooit gaan adviseren op basis van persoonlijke ideeën. Mensen die dat geloven snappen echt niet hoe het proces werkt. Betekent dat dat het Voedingscentrum per definitie voor altijd gelijk heeft? Nee, natuurlijk niet en dat weten ze zelf ook. Ze baseren zich op het best beschikbare bewijs van dit moment. Wetenschappelijk onderzoek naar voeding is lastig omdat er veel factoren meespelen. Het meeste onderzoek wordt uitgevoerd in Amerika, maar voeding in Amerika is niet altijd exact hetzelfde in Nederland en mogelijk geeft het onderzoek dan eigenlijk een minder goede conclusie voor de Nederlandse situatie. En dan roep ik als advocaat van de duivel ook nog eens: niemand is 100% onafhankelijk, iedereen heeft een bias: ik ook! Dit kan (ook onbedoeld) adviezen beïnvloeden. En ik zie geen reden waarom het Voedingscentrum zich meer laat beïnvloeden dan andere mensen.
De afgelopen week zag ik voorbeelden dat mensen onderzoek al dan niet bewust gebruiken om hun punt te verdedigen. Maar dat onderzoek werd suggestief gebruikt. Zo las ik een post over het gebruik van margarine en halvarine waarin de zin stond ‘recent onderzoek laat bovendien zien dat margarine en andere plantaardige vetten uit de voedingsindustrie de schadelijke stof 3-MCPD bevatten.‘ Nu.nl is sowieso geen goede bron om naar te verwijzen. Zij geven er steeds opnieuw weer blijk van dat ze werkelijk geen idee hebben hoe ze onderzoek kunnen interpreteren. Het Voedingscentrum schreef een blog wat het RIVM exact onderzocht. Eenvoudig samengevat: het probleem is soms dat een groep een norm wel kan overschrijden, maar is de norm heel erg voorzichtig gesteld. Is er dan een probleem of niet? In dit geval is het ook om andere redenen beter om de producten waar palmolie in is verwerkt niet te nemen. En bij deze scenario’s kwam een groot deel uit sauzen en koekjes. Het is dus wat vreemd om die 3-MCPD te gebruiken als reden om roomboter te adviseren. Ik eet zelf roomboter. Maar ik begrijp niet waarom je daarvoor margarine en halvarine zonder goede onderbouwing in een kwaad daglicht zet. Daarmee maak je punt niet sterker, maar juist zwakker.
Alleen onderzoek verspreiden dat je eigen mening weergeeft is geen wetenschap
Regelmatig lees ik posten als ‘ook dit fantastische onderzoek laat zien dat……‘. Alleen onderzoek verspreiden dat je eigen mening weergeeft heeft echt niets met wetenschap te maken. Integendeel, wetenschap weegt alle onderzoeken: dus zowel de onderzoeken die je mening vertegenwoordigen als de onderzoeken die dat niet doen.
Ook kwam deze week eindeloos dit onderzoek langs van BMJ. Het vervangen van verzadigd vet door plantaardige olie, rijk aan linolzuur, verlaagt weliswaar het cholesterolgehalte, maar is niet van invloed op het risico op hart- en vaatziekten of sterfte. Dat zou een aanwijzing kunnen zijn dat het verlagen van cholesterol geen zinvolle actie is om hart- en vaatziekten te voorkomen. Maar het lijkt er overigens op dat weinig mensen hebben gekeken naar de opzet van het onderzoek. Ruim 9.000 mensen uit psychiatrische ziekenhuizen en een verpleegtehuis werden in twee groepen gedeeld. Het is maar de vraag of psychiatrische patiënten (o.a. door ziekte en medicatiegebruik) een goede afspiegeling zijn van een gezonde populatie. Er is geen informatie bekend over rook- en drinkgedrag. In de interventiegroep werd verzadigd vet vervangen door linolzuur. De controlegroep at veel verzadigd vet. Er is geen rekening gehouden met de inname van omega 3. Slechts een kwart van de deelnemers volgden het voedingspatroon meer dan een jaar. Een periode van een jaar is te kort om conclusies te kunnen trekken over sterfte en hart- en vaatziekten. Er is dus daarom geen reden om aan te nemen dat op basis van dit onderzoek adviezen aangepast zouden moeten worden. Uit deze meta-analyse van observationele studies blijkt dat het effect van verzadigd vet aan hart- en vaatziekten zwak is. Uit deze Cochrane-review blijkt echter dat het vervangen van verzadigd vet wel zinvol kan zijn voor het voorkomen van hart- en vaatziekten. Het lijkt erom te gaan waardoor je verzadigd vet vervangt. Het vervangen door meervoudig verzadigde vetten is een goede keuze. Het vervangen door suiker echter niet.
Over verzadigd vet is het laatste woord vast nog niet gezegd. Wellicht is het handig te beseffen dat voedingsadviezen van een Gezondheidsraad en Voedingscentrum gericht zijn op een algemene bevolking die helaas zoals blijkt uit de Voedsel Consumptie Peiling niet erg gezond eet. Voor die groep mensen zou het best zo kunnen zijn dat ze (veel) te veel verzadigd vet binnen krijgen en dat is niet handig voor hun gezondheid. Dat is een andere groep mensen dan de groep mensen die zeer actief met hun gezondheid bezig is. Voor hen past dat beetje (!) roomboter en volle melkproducten prima in hun hele voedingspatroon. Voeding is maatwerk, maar dat betekent niet dat we als profs ons verstand niet meer moeten gebruiken ;). En nee, daar bedoel ik juist niet mee dat elke prof zich af gaat zetten tegen adviezen, maar de klant helpt de algemene adviezen te vertalen naar adviezen die passen bij het voedingspatroon van die bewuste klant.
Hoe minder mensen weten, hoe minder ze twijfelen
Wat opvalt is dat hoe minder mensen weten van fysiologie en onderzoek hoe minder ze twijfelen. Ze geven dan adviezen met een stelligheid die meer gebaseerd is op een mening dan op feiten. Als je niet weet hoe je onderzoek leest is het verstandiger daar ook niets over te schrijven. Als ieder nu doet waar hij/zij goed in is wordt het voor de consument eenvoudiger. We zouden ons samen harder moeten maken voor een helder goed onderbouwd verhaal naar de consument. En dat doe je niet door onjuist over beschikbaar onderzoek te schrijven omdat je het niet leest of niet snapt. En ook niet door elkaar belachelijk te maken. Ik heb het afgelopen jaar niet alleen geleerd onderzoek goed te beoordelen maar ook met respect met elkaar te communiceren. En ik kan je uit persoonlijke ervaring zeggen dat je op deze manier veel meer invloed uit kunt oefenen dan op de wijze zoals ik dat voorheen deed.