77 fabels & feiten rond plantaardige voeding
Ik las het boek 77 fabels & feiten rond plantaardige voeding precies op het goede moment. Met verwondering zie ik regelmatig de discussies over vleeseten op mijn beeldscherm langskomen. Ook dit is zo’n onderwerp waarbij we vergeten naar elkaar te luisteren. De vleessector is recent een campagne gestart, waarin geprobeerd wordt vlees te promoten. Zelf vind ik dit een raar moment voor z’n campagne. De verbetenheid van sommige veganisten spreekt me echter ook niet aan. Naar elkaar te luisteren, maakt de wereld niet alleen aangenamer maar zal ook beter helpen om duurzamere keuzes te stimuleren. De informatie in het boek 77 fabels & feiten rond plantaardige voeding kan je helpen een stap(je) te maken richting een meer vegetarisch of veganistisch voedingspatroon.
Vegetarisch/veganistisch
Omdat ik denk dat niet iedereen het verschil kent tussen vegetarische en veganistische voeding, leg ik eerst even de hoofdlijnen uit. De details vind je in het boek. Bij vegetarische voeding eet je geen producten waarvoor een dier wordt gedood, dus geen vlees/vis maar wel zuivel en eieren. Bij veganistische voeding eet je niets dat afkomstig is van een dier, dus bijvoorbeeld ook geen honing.
Huidige consumptie
Als we naar onze gezondheid kijken eten we in Nederland gemiddeld te veel vlees, 50% meer dan is aanbevolen. Het advies van het Voedingscentrum is om niet meer dan 500 gram vlees per week te eten, waarvan maximaal 300 gram rood vlees, zoals rundvlees en varkensvlees. Dit is inclusief vleeswaren. Onbewerkt mager vlees staat in de Schijf van Vijf. Het advies is om een keer per week vette vis te eten en een of meerdere dagen per week vegetarisch. Als vleesvervanger kun je peulvruchten, tofu, tempé of ei nemen of ongezouten noten.
Minder vlees eten en meer plantaardig doe je niet door domweg vlees uit je voeding te schrappen, want dat kan resulteren in tekorten. Maar hoe doe je dat dan wel? Daar geeft dit boek antwoord op.
De schrijvers
Het boek is geschreven door Sytske de Waart en Hans Kraak. Sytske werkte 20 jaar als voedingskundige bij de Vegetariërsbond. En Hans is al ruim 20 jaar voedingskundig journalist en werkte onder andere bij het Voedingscentrum en het Nederlands Tijdschrift voor Voeding en Diëtetiek. Deze samenwerking resulteerde in een informatief en goed leesbaar boek.
Inhoud van het boek
Hoewel de 77 fabels in dit boek apart te lezen zijn, zijn ze rond vijf thema’s geclusterd in verschillende hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk gaat in op de algemene fabels en feiten rond vegetarisch, vegan, flexitarisch en vlees eten. Het tweede gaat dieper in op de voedingskundige kant van plantaardig eten, de voedingstoffen die daarbij een aandachtspunt zijn. Het derde richt zich op voedsel, alles wat speelt rond (plantaardige) producten. Het vierde op de zaken die spelen rond plantaardige voeding en de omgeving, waarbij we niet alleen het natuurlijke, maar ook het sociale milieu in ogenschouw nemen. Het vijfde tenslotte gaat in op de rol van plantaardig eten tijdens verschillende levensfasen of levenswijzen.
Het is een informatief boek en geen kookboek, al vind je er wel wat suggesties in voor de vervanging van dierlijke voedselbronnen. Maar als je weet waar je op kunt letten, gewapend met plantaardige kennis, kun je de keuze maken om volwaardig te eten, ook zonder vlees. Er staan genoeg recepten online. En ook een kookboek is zo gevonden: in de boekwinkel of in de bieb. Eet smakelijk!